6.30 Schattingen en oordeelsvorming door het management

De verantwoordingsinformatie in de jaarrekening is deels gebaseerd op schattingen en veronderstellingen. De Groep maakt deze schattingen en doet veronderstellingen ten aanzien van de toekomst. Deze zijn onder andere gebaseerd op ervaringen en verwachtingen over toekomstige gebeurtenissen zoals deze zich, naar de huidige stand van zaken, redelijkerwijs kunnen voordoen. Deze schattingen en veronderstellingen worden continu geëvalueerd.

De herziening van of afwijkingen van schattingen en veronderstellingen ten opzichte van de daadwerkelijke uitkomsten, kunnen leiden tot materiële aanpassing van de boekwaarde van activa en verplichtingen.

Naast de reeds in de waarderingsgrondslagen (paragraaf 5) en de toelichtende paragrafen (6.1 tot en met 6.29) uiteengezette schattingselementen worden hieronder de belangrijkste elementen van schattingsonzekerheden toegelicht.

Macro economische ontwikkelingen

Het huidige economische klimaat wordt gekenmerkt door veel onzekerheden en is het uitvloeisel van hoge inflatie, verhoogde rentes, geopolitieke risico’s en de resterende gevolgen van de pandemie.

In de bouwbranche zijn de inkoopprijzen over de hele linie afgelopen jaar gestegen en staat de beschikbaarheid van materialen en arbeid onder druk. Vooral energie en halffabricaten zijn substantieel duurder dan vorig jaar. De Groep neemt daarom geen grotere werken of werken met een langere uitvoeringsperiode zonder indexeringsafspraken aan. In 2023 is de Groep er in geslaagd om de hogere inkoopkosten op basis van indexeringsafspraken grotendeels door te berekenen in de verkoopprijzen van onze producten en diensten.

Tot de overname van Wanrooij op 5 september had de Groep een positieve netto kaspositie. Hierdoor hebben de gestegen rentetarieven een positief effect gehad op het saldo van de interestbaten en -lasten. 

Impairmenttest goodwill

Een stijgende rente zorgt voor een stijging van de disconteringsvoet (WACC) die gebruikt wordt voor de jaarlijkse impairmenttest van de goodwill (zie toelichting 6.12 Immateriële activa). Vanwege de aanzienlijke aanwezige ruimte tussen de boekwaarde en de bedrijfswaarde van de betreffende kasstroomgenererende eenheden die alleen relevant is voor de sectoren Bouw & Techniek en Infra (voor Van Wanrooij is dit nog niet bekend), is het risico van een toekomstige afwaardering als gevolg van een verdere rentestijging, slechts in zeer beperkte mate aanwezig (zie toelichting 6.12 Immateriële activa).  

 De gevolgen van de macro economische ontwikkelingen worden continu gemonitord door de raad van bestuur. De vooruitzichten van de Groep voor de komende jaren zijn goed, gegeven onder meer de orders in portefeuille (die van goede kwaliteit is en een beperkt risicoprofiel kent) en de beschikbare ruimte in de financieringsfaciliteiten.

Stikstofproblematiek

De gevolgen van de stikstofproblematiek op de financiële resultaten van de Groep waren in 2023 relatief beperkt. Deze problematiek zorgt voor vertraging bij tenders op de grote infraprojecten. De vertraging op de uitvoering van onze projecten blijft vooralsnog beperkt. De mogelijke gevolgen van vertraging van de uitgifte van vergunningen wordt continu gemonitord. De vooruitzichten van de Groep voor de komende jaren zijn goed, gegeven onder meer de orders in portefeuille (die van goede kwaliteit is en een beperkt risicoprofiel kent) en de beschikbare ruimte in de financieringsfaciliteiten.

Klimaatgerelateerde zaken

Klimaatverandering biedt zowel risico‘s als kansen voor de Groep. Deze kunnen gevolgen hebben voor de middellangetermijnprognoses die ten grondslag liggen aan de waardering van activa.

In het jaarverslag is in bijlage 11.6.10 een overzicht van de kansen en risico’s in relatie tot klimaatverandering opgenomen. Uit dit overzicht blijkt dat de kansen groter zijn dan de risico’s. De Groep ziet geen aanleiding om zijn middellangetermijnprognoses neerwaarts aan te passen.

Per actiefpost zijn de overwegingen als volgt (in volgorde dat deze posten op de balans staan):

Materiële vaste activa

Het risico op afwaarderingen vanwege klimaatrisico’s is beperkt. De post bestaat uit (relatief) nieuw materieel dat aan de milieunormen voldoet en investeringen in onder meer een houtskeletbouwwoningfabriek (Industrieel Bouwen). Daarnaast is sprake van ouder materieel met relatief lage boekwaarde. Het ouder materieel wordt op termijn mogelijk minder inzetbaar. Dit geldt bijvoorbeeld voor oudere vrachtwagens met een te hoge uitstoot van broeikasgassen. Er is een plan om dit materieel te vervangen voor schoner materieel. Voor het oudere materieel bestaat (voorlopig in ieder geval nog) een tweede handsmarkt in met name 2e en 3e wereld landen waardoor de huidige restwaardes veelal nog worden gerealiseerd. Daarnaast kan ouder materieel dat bijvoorbeeld niet meer in binnensteden ingezet kan worden, nog wel daarbuiten worden gebruikt.

Gebruiksrechten geleasde materiële vaste activa

Vanwege de korte looptijd van de leases is de impact van klimaatrisico’s op de waardering beperkt.

Immateriële activa

Omdat de kansen groter zijn dan de risico’s (zie bijlage 11.6.10 van het jaarverslag) voor alle sectoren van Heijmans (waaronder de kasgenererende eenheden Bouw & Techniek en Infra waar de immateriële activa aan zijn toebedeeld), leiden klimaatrisico’s niet tot een grotere kans op afwaardering.

Joint ventures en geassocieerde deelnemingen

Deze post betreft hoofdzakelijk deelnemingen waarin grondposities zijn ondergebracht. Alle grondposities bevinden zich in Nederland. De behoefte aan woningen blijft groot en daarmee ook de behoefte aan grond om deze woningen op te bouwen. Op de zéér lange termijn bestaat het risico op onbruikbaarheid van grond vanwege overstroming. De Groep vertrouwt er op dat Nederland als welvarend land hier maatregelen tegen neemt. Hiervoor is nog voldoende tijd voorhanden. Het risico op afwaarderingen van deelnemingen waarin grond is ingebracht vanwege de impact van klimaatrisico’s is beperkt.

Daarnaast bestaat deze post uit de 50% deelneming in AsfaltNu. Op de lange termijn is de verwachting dat de behoefte aan wegen niet zal afnemen. Een milieuvriendelijker alternatief voor asfalt is nog niet voorhanden. De eisen ten aanzien van de uitstoot van broeikasgassen en andere schadelijke stoffen zullen naar verwachting steeds groter worden, waardoor de huidige asfaltfabrieken op termijn mogelijk niet meer bruikbaar zouden kunnen worden zonder aanvullende investeringen in schonere oplossingen. Het risico op afwaarderingen van de deelneming in AsfaltNu vanwege de impact van klimaatrisico’s is middelgroot.

Leningen verstrekt aan joint ventures

Deze post bestaat hoofdzakelijk uit leningen aan joint ventures waarin grondposities zijn ondergebracht. Zoals hierboven is aangegeven, is het risico op afwaarderingen van deze deelnemingen als gevolg van klimaatrisico’s beperkt en daarmee is ook het risico op leningen die aan deze deelnemingen zijn verstrekt beperkt.

Uitgestelde belastingvorderingen

Gezien de korte realisatietermijn is het risico op afwaarderingen vanwege de impact van klimaatrisico’s gering.

Strategische grondposities

Alle grondposities bevinden zich in Nederland. De behoefte aan woningen blijft groot en daarmee ook de behoefte aan grond om deze woningen op te bouwen. Op de zéér lange termijn bestaat het risico op onbruikbaarheid van grond vanwege overstroming. De Groep vertrouwt er op dat Nederland als welvarend land hier maatregelen tegen neemt. Hiervoor is nog voldoende tijd voorhanden. Het risico op afwaarderingen van grond vanwege de impact van klimaatrisico’s is beperkt.

Overige voorraden

Deze post bestaat hoofdzakelijk uit woningen in aanbouw en voorbereiding. Gezien de relatief korte realisatietermijn is het risico op afwaarderingen vanwege de impact van klimaatrisico’s gering.

Onderhanden werken

Gezien de relatief korte realisatietermijn is het risico op afwaarderingen vanwege de impact van klimaatrisico’s gering. Voor bepaalde projecten zijn specifieke klimaatdoelstellingen overeengekomen met opdrachtgever. Door beperkte beschikbaarheid van materieel met lage emissies, zijn deze in sommige gevallen moeilijk te halen, met mogelijke boetes tot gevolg. Indien van toepassing zijn deze al in de waardering verdisconteerd.

Handels- en overige vorderingen

Gezien de zeer korte realisatietermijn is het risico op afwaarderingen vanwege de impact van klimaatrisico’s per definitie gering.

Waardering van projecten

Voor een nadere toelichting van de belangrijkste uitgangspunten die bij de waardering van projecten worden gehanteerd, wordt verwezen naar toelichting 6.17 Onderhanden werken.

Financiering

In toelichting 6.22 zijn de voorwaarden van de financiering nader toegelicht. Een belangrijke voorwaarde is het behalen van de convenantratio's, met name de interest cover ratio, de leverage ratio en de solvabiliteitsratio. Een adequate beheersing van projectrisico's (zie hierboven), is voor het behalen van de ratio's van belang. Dit geldt eveneens voor het realiseren van het businessplan 2023 en meerjarenprognose.

Pensioenen

De belangrijkste actuariële uitgangspunten met betrekking tot het berekenen van de pensioenverplichtingen zijn in toelichting 6.23 uiteengezet. Voor verzekerde regelingen die de indexatie van het pensioenfonds voor de Bouwnijverheid volgen, bestaat er een verhoogd risico dat de Groep aanvullende stortingen zal moeten doen. In 2024 zullen geen grote bijstortingen plaatsvinden vanwege het feit dat het pensioenfonds voor de Bouwnijverheid heeft besloten de pensioenen niet te indexeren. Niet uitgesloten kan worden dat in de jaren na 2024 aanvullende stortingen kunnen plaatsvinden.

Uitgestelde belastingvorderingen

Voor een nadere toelichting van de belangrijkste schattingselementen die bij de waardering van uitgestelde belastingvorderingen worden gehanteerd, wordt verwezen naar toelichting 6.15.

Strategische grondposities

Voor een nadere toelichting van de belangrijkste schattingselementen die bij de waardering van grondposities worden gehanteerd, wordt verwezen naar toelichting 6.16 Voorraden.

Immateriële activa

Voor de belangrijkste uitgangspunten, gehanteerd bij de jaarlijkse bepaling van de realiseerbare waarde van de immateriële activa wordt verwezen naar toelichting 6.12 Immateriële activa.

Bedrijfscombinaties

In het kader van de overname dient conform IFRS een purchase price allocation (PPA) te worden uitgevoerd, waarbij de totale transactiesom dient te worden toegewezen aan de overgenomen activa en passiva. Deze worden daarbij verantwoord op basis van marktwaarde (fair value accounting) en het verschil tussen de betaalde prijs en de nettovermogenswaarde van de activa en passiva op basis van marktwaarde wordt verantwoord als goodwill. Zoals toegestaan onder IFRS 3 ‘Business Combinations’ is de reële waarde van de overgenomen identificeerbare activa en passiva op voorlopige basis gepresenteerd. De voorlopige reële waarden bepalingen zijn uitgevoerd door een onafhankelijke professionele deskundige.

Deel dit verhaal