6.26 Financiële risico's en beheer

Algemeen

In het kader van de normale bedrijfsvoering loopt Heijmans diverse financiële risico's, waaronder krediet-, liquiditeits-, markt-, prijs- en renterisico's.

Deze paragraaf beschrijft de mate waarin deze risico's zich voordoen, de doelstellingen ten aanzien van deze risico's, het beleid en de processen voor het meten en beheersen van de risico's alsmede het kapitaalbeheer.

Het risicobeleid is gericht op het identificeren en analyseren van de risico's die worden gelopen en het vaststellen van acceptabele limieten. Het risicobeleid en de -systemen worden regelmatig geëvalueerd om vervolgens, waar nodig, aangepast te worden aan veranderingen in marktomstandigheden en aan de bedrijfsactiviteiten van de onderneming.

Met behulp van trainingen, standaarden en procedures wordt een gedisciplineerde en constructieve werkwijze nagestreefd waarin alle werknemers hun rol en verantwoordelijkheid kennen.

De audit- en riskcommissie beoordeelt periodiek het risicomanagementbeleid en de -procedures. Tevens evalueert zij het gevolgde risicobeleid ten opzichte van de risico's die worden gelopen.

Kredietrisico

Kredietrisico is het risico van financieel verlies voor de Groep indien een partij waar Heijmans een vordering op heeft de aangegane contractuele verplichtingen niet nakomt. Kredietrisico’s vloeien met name voort uit vorderingen op klanten en consortiumpartners. Ook leveranciers worden beoordeeld op kredietwaardigheid, in dat geval gaat het primair om het risico van leveringszekerheid.

Ten aanzien van projectontwikkeling in de woningbouw is het kredietrisico beperkt, aangezien toekomstige bewoners slechts de nieuwe woning kunnen betrekken indien aan alle verplichtingen is voldaan en er gedurende de fase van aanbouw sprake is van voorfinanciering. Bij ontwikkelingstransacties in het kader van commercieel vastgoed, bouwopdrachten en infrastructurele projecten wordt de kredietwaardigheid beoordeeld en kunnen extra zekerheden gevraagd worden. Extra zekerheden zijn met name van belang bij turnkey afnames (betaling achteraf), echter, normaliter zijn ook transacties in het 'business to business' segment voorgefinancierd. Met name binnen Infra en bij utilitaire bouw voert Heijmans veel opdrachten uit voor overheden waarvoor het kredietrisico als zeer beperkt wordt ingeschat. Binnen deze bedrijfsstromen is in diverse grote, integrale projecten sprake van consortium vorming. Hoe specifieker de kennis van de consortium partner, hoe meer belang wordt gehecht aan de kredietwaardigheid van de partner. In dat geval is onvoldoende kredietwaardigheid een uitsluitingscriterium, aangezien een financiële waarborg geen waarborg biedt voor het eventueel wegvallen van noodzakelijke kennis.

De kredietwaardigheidsbeoordeling is onderdeel van de standaardprocedure. Hierbij wordt gebruik gemaakt van bedrijfsspecifieke rapportages van kredietbeoordelaars. Het kredietrisico wordt beperkt door voorfinancierings- en termijnregelingen. Indien dat nodig wordt geacht, kunnen risico's bij een kredietverzekeraar worden ondergebracht.

Gezien het grote aantal opdrachtgevers en het belangrijke aandeel van particulieren en overheden hierin, is geen sprake van een risicovolle concentratie van kredietrisico's.

De liquide middelen en equivalenten worden aangehouden bij diverse op kredietwaardigheid beoordeelde banken. Het kredietrisico wordt verder beperkt door de cash zoveel mogelijk te concentreren binnen een cash pool, waarvan het cumulatieve saldo gedurende het jaar overwegend negatief is.

De boekwaarde van de financiële bezittingen waarover kredietrisico wordt gelopen, is als volgt te specificeren:

x € 1.000

31 december 2023

31 december 2022

Verstrekte leningen en overige vorderingen

36.565

9.764

Liquide middelen en equivalenten

40.384

237.012

Onderhanden werken debet

139.215

95.645

Handels- en overige vorderingen

229.226

239.367

Totaal

445.390

581.788

Verstrekte leningen bestaan met name uit door de Groep verstrekte leningen aan samenwerkingsverbanden waarin wordt deelgenomen.

Debiteuren ouderdom en voorziening

Vorderingen zijn beoordeeld op verwachte kredietverliezen. De ouderdom van openstaande debiteuren zonder bijzondere waardevermindering, na vervaldatum factuur, is als volgt:

x € 1.000

31 december 2023

31 december 2022

< 30 dagen

6.229

18.104

30-60 dagen

2.230

1.758

60-90 dagen

1.313

1.543

> 90 dagen - ≤ 1 jaar

2.620

528

> 1 jaar

1.817

2.658

Totaal

14.209

24.591

Inclusief de niet vervallen debiteuren en debiteuren die een bijzondere waardevermindering hebben ondergaan, bedraagt het saldo aan handelsvorderingen ultimo 2023 € 196 miljoen (2022: € 201 miljoen).

Van de overige financiële bezittingen zijn de vervaldata niet overschreden.

Voorziening debiteuren

Handelsvorderingen worden gepresenteerd na aftrek van bijzondere waardeverminderingen in verband met dubieuze debiteuren. Het verloop van de voorziening is als volgt:

x € 1.000

2023

2022

Stand per 1 januari

612

4.121

Toevoegingen

393

117

Onttrekkingen

-244

-244

Vrijval

108

-3.382

Stand per 31 december

869

612

Liquiditeitsrisico

Het liquiditeitsrisico is het risico dat de Groep niet op het vereiste moment aan zijn financiële verplichtingen kan voldoen, zie hiervoor ook toelichting 6.22 Rentedragende leningen. De uitgangspunten van het liquiditeitsrisicobeheer zijn dat voldoende liquiditeitsruimte aanwezig is om te kunnen voldoen aan huidige en toekomstige financiële verplichtingen, in normale en bijzondere omstandigheden, zonder dat daarbij onaanvaardbare risico's worden gelopen of de reputatie van de Groep in gevaar komt.

Mede met behulp van wekelijkse (3-maands voortschrijdende) en jaarlijkse (12-maands voortschrijdende) liquiditeitsprognoses wordt vastgesteld of voldoende liquiditeit beschikbaar is voor de Groep. Daarnaast wordt de beschikbaarheid van krediet, ook in de vorm van obligo bij kredietverzekeraars of garantieverschaffers, continu gemonitord door de score op financiële convenanten periodiek te prognosticeren en een actieve dialoog te voeren met alle financiële stakeholders. De Groep is op basis van deze prognose van mening dat voldoende liquiditeiten beschikbaar zijn om de operationele activiteiten van de Groep uit te kunnen voeren.

Om de beschikbaarheid van financiële middelen voor lange en korte termijn te waarborgen, heeft Heijmans ultimo 2023 onder andere de volgende faciliteiten:

  • € 252,5 miljoen gecommitteerde, gesyndiceerde bankfinanciering. Deze bankfinanciering bestaat voor € 75 miljoen uit een Term Loan die lineair tot en met 30 september 2027 wordt afgelost. Het resterende deel van € 177,5 miljoen is een gecommitteerde revolving credit facility, waarvan € 30 miljoen is gecommitteerd in de vorm van een rekening courant faciliteit die is gekoppeld aan een cash pool (zie verder paragraaf 6.22);

  • projectfinancieringsfaciliteiten voor vastgoedontwikkelingsprojecten, en;

  • leases van auto's en materieel.

Om aan de eisen van opdrachtgevers met betrekking tot het stellen van bankgaranties te voldoen, beschikt Heijmans over garantiefaciliteiten bij diverse garantieverstrekkende instellingen. Deze faciliteiten zijn niet gecommitteerd. Maandelijks wordt een prognose van het gebruik en de beschikbaarheid van bankgarantiefaciliteiten opgesteld op basis van lopende tenders en de verwachting rondom decharge van uitgegeven bankgaranties. Op basis van deze prognoses is Heijmans van mening dat de huidige omvang van de faciliteiten voldoende is.

Ultimo 2023 bedraagt het totaal aan bankgarantiefaciliteiten € 276 miljoen (2022: € 273 miljoen) verstrekt door in totaal 9 partijen. Het totaal aan faciliteiten is in 2023 beperkt uitgebreid en relateert aan de overname van een bankgarantielijn van Van Wanrooij. Het totale gebruik is ultimo 2023 toegenomen tot € 147 miljoen (2022: € 118 miljoen), waarvan bijna € 1 miljoen aan garanties die nog betrekking hebben op de buitenlandse activiteiten die in 2017 zijn afgestoten. Het resterende deel betreft allemaal garanties voor de Nederlandse bedrijfsstromen. De stijging is met name het gevolg van nieuw opgestarte werken in Infra en Bouw & Techniek. Het totaal aan bankgaranties dat is overgenomen vanuit Van Wanrooij bedraagt 'slechts' € 6 miljoen, doordat Van Wanrooij met name projecten voor het particuliere segment realiseert, waarbij gewerkt wordt met garanties in de vorm van Woningborg-certificaten die niet in bovenstaand obligo zijn opgenomen. 

De contractuele vervaldata van de financiële verplichtingen inclusief rentebetalingen zijn als volgt:

31 december 2023

Boekwaarde

Contractuele kasstromen

< 6 maanden

6-12 maanden

1-2 jaar

2-5 jaar

> 5 jaar

Lineaire lening

-73.786

-88.533

-11.675

-12.592

-24.217

-40.049

0

Gesyndiceerde bankfinanciering

0

0

0

0

0

0

0

Projectfinanciering

-12.154

-13.591

-194

-194

-5.935

-7.268

0

Overige langlopende schulden

-1.367

-1.478

-28

-151

-733

-428

-138

Rekening-courant kredietinstellingen

0

0

0

0

0

0

0

Handels- en overige schulden

-346.056

-346.056

-346.056

0

0

0

0

Totaal

-433.363

-449.658

-357.953

-12.937

-30.885

-47.745

-138

x € 1.000

31 december 2022

Boekwaarde

Contractuele kasstromen

< 6 maanden

6-12 maanden

1-2 jaar

2-5 jaar

> 5 jaar

Gesyndiceerde bankfinanciering

0

0

0

0

0

0

0

Projectfinanciering

-11.739

-12.528

-73

-73

-146

-6.214

-6.022

Overige langlopende schulden

-2.221

-2.441

-54

-154

-183

-1.774

-276

Rekening-courant kredietinstellingen

0

0

0

0

0

0

0

Handels- en overige schulden

-365.172

-365.172

-365.172

0

0

0

0

Totaal

-379.132

-380.141

-365.299

-227

-329

-7.988

-6.298

Marktrisico

Marktrisico betreft het risico dat de inkomsten van de Groep of de waarde van financiële instrumenten nadelig worden beïnvloed door veranderingen van marktprijzen, zoals valutakoersen, rentetarieven en aandelenkoersen. Het beheer van het marktrisico heeft tot doel de marktrisicopositie binnen aanvaardbare grenzen te houden bij een optimaal rendement.

Voor de beheersing van het marktrisico kunnen derivaten worden gekocht en verkocht en financiële verplichtingen aangegaan. Dergelijke transacties vinden plaats binnen de richtlijnen die zijn vastgesteld. Eind 2023 was geen sprake van derivaten afgesloten door dochtermaatschappijen van de Groep en gezamenlijke bedrijfsactiviteiten waarin de Groep participeert (2022: geen).

Prijsrisico

Prijsrisico's als gevolg van inkoop van grond- en hulpstoffen en het uitbesteden van werk worden hoofdzakelijk en met name in geval van langdurige contracten gemitigeerd door prijsindexatie-afspraken met opdrachtgevers. Indien nodig kan, op incidentele basis, gebruik worden gemaakt van derivaten om prijsrisico's op inkoop van grondstoffen te mitigeren. Door de laatste jaren minder zwaar in te zetten op grote, integrale werken, is de opbouw van de orderportefeuille de laatste jaren wat kort cyclischer geworden. Dit heeft een mitigerend effect op het inflatierisico.

Renterisico

Het rentebeleid van Heijmans is gericht op beperking van de invloed van wijzigende rentetarieven op het resultaat van de onderneming. Bij de meeste projectfinancieringen wordt geopteerd voor vaste rentes, waarmee meer zekerheid ontstaat over het betreffende projectresultaat. Voor wat betreft het gebruik onder de syndicaatslening is sprake van variabele financiering in de vorm van een vaste opslag te vermeerderen met 1-maands Euribor (revolving credit facility) of 3-maands Euribor (Term Loan). De revolving credit facility dient met name als werkkapitaalfinanciering. In de regel hoeft hier aan het eind van het jaar geen gebruik gemaakt van te worden, waardoor een lange rentevaste periode momenteel geen voordeel biedt. Tevens vergemakkelijkt een variabele financiering de mogelijkheid om vervroegd af te lossen op de syndicaatslening, hetgeen boetevrij is toegestaan.

Wanneer de rente over 2023 gemiddeld 2% hoger zou zijn geweest dan zou op basis van het gemiddeld schuldniveau het resultaat voor belastingen circa € 2,4 miljoen hoger zijn geweest (2022: circa € 4,4 miljoen hoger zijn geweest). Het effect van een 2% renteverschil op het eigen vermogen van de Groep (verondersteld dat alle andere variabelen constant waren gebleven) zou een € 1,8 miljoen hoger eigen vermogen zijn (2022: € 3,3 miljoen hoger eigen vermogen). Bij deze berekeningen wordt opgemerkt dat het gemiddeld schuldniveau over 2023 fors beïnvloed werd door de acquisitie van Van Wanrooij. Voorafgaand aan deze acquisitie was sprake van een forse netto kaspositie, terwijl na de acquisitie sprake was van een netto schuld positie. Doordat het gemiddelde schuldniveau over 2023 negatief (d.w.z. een netto kaspositie) was, ontstaat in de berekeningen een positieve impact van een hogere rentestand op de resultaatsontwikkeling. Na acquisitiedatum is sprake van een gemiddelde netto schuldpositie, waardoor de impact in Q4 en daarmee naar verwachting ook in 2024 juist negatief is.

De onderstaande tabel geeft voor rentedragende financiële activa en financiële verplichtingen de termijn waarop renteherziening plaatsvindt:

x € 1.000

31 december 2023

0-6

6-12

1-2

2-5

> 5

Toelichting

Totaal

maanden

maanden

jaar

jaar

jaar

Verstrekte leningen en overige vorderingen

6.14

36.565

6.248

0

1.656

778

27.883

Liquide middelen en equivalenten

6.19

40.384

40.384

-

-

-

-

Lineaire lening

6.22

-73.786

-73.786

-

-

-

-

Gesyndiceerde bankfinanciering

6.22

-

-

-

-

-

-

Projectfinancieringen

6.22

-12.154

-6.565

-

-5.589

-

-

Overige langlopende schulden

6.22

-1.367

-

-

-560

-

-807

Rekening-courant kredietinstellingen

6.22

-

-

-

-

-

-

Totaal

-10.358

-33.719

0

-4.493

778

27.076

31 december 2022

0-6

6-12

1-2

2-5

> 5

Toelichting

Totaal

maanden

maanden

jaar

jaar

jaar

Verstrekte leningen en overige vorderingen

6.14

9.764

2.020

0

0

1.358

6.386

Liquide middelen en equivalenten

6.19

237.012

237.012

-

-

-

-

Gesyndiceerde bankfinanciering

6.22

-

-

-

-

-

-

Projectfinancieringen

6.22

-11.739

-5.777

0

0

0

-5.962

Overige langlopende schulden

6.22

-2.221

0

0

0

-1.280

-941

Rekening-courant kredietinstellingen

6.22

-

-

-

-

-

-

Totaal

232.816

233.255

0

0

78

-517

Op balansdatum is van de rentedragende leningen bruto schuld 8% (2022: 57%) tegen een vast rentepercentage en 92% (2022: 43%) tegen een variabel rentepercentage afgesloten. De grote mutatie ten opzichte van het voorgaande jaar is het gevolg van de uitbreiding van de syndicaatslening tegen een variabel rentend percentage. Op balansdatum speelt met name de Term Loan een grote rol. Door seizoensinvloeden is de gemiddelde schuld gedurende het boekjaar hoger dan op balansdatum. het aandeel van de brutoschuld waarop variabele rente van toepassing is, is gedurende het jaar hoger. Tegenover de brutoschuld met een variabele rente staan onder andere liquide middelen waarop ook variabele rente van toepassing is. Waar deze in 2022 nog grotendeels negatief was, was deze in 2023 het hele jaar positief.

De gemiddelde gewogen rentelooptijd van projectfinancieringen is 2,8 jaar (2022: 3,3 jaar). De laatste jaren worden niet of nauwelijks nieuwe projectfinancieringen afgesloten en met name af en toe financieringsafspraken verlengd. Als gevolg hiervan neemt de gemiddeld gewogen looptijd over het algemeen af.

De verstrekte en opgenomen rentedragende leningen worden gewaardeerd tegen de geamortiseerde kostprijs en niet tegen de reële waarde. Een rentewijziging heeft derhalve geen effect op de waardering van de leningen.

Valutarisico

Het valutarisico op verkopen, inkopen en opgenomen leningen is voor Heijmans zeer beperkt, aangezien verreweg het grootste deel van de kasstromen binnen de onderneming plaatsvindt in euro's.

Reële waarden

Onderstaande overzicht bevat de reële waarden en de boekwaarden van financiële instrumenten. Deze waarderingen tegen reële waarde worden gerubriceerd naar verschillende niveaus van de hiërarchie reële waarde, afhankelijk van de inputs op basis waarvan waarderingstechnieken zijn toegepast. De verschillende niveaus zijn als volgt gedefinieerd.

Niveau 1: op de waarderingsdatum van de Groep beschikbare genoteerde marktprijzen (niet gecorrigeerd) in actieve markten voor identieke activa of verplichtingen.

Niveau 2: input die geen onder niveau 1 vallende genoteerde marktprijs betreft en die waarneembaar is voor het actief of de verplichting, hetzij rechtstreeks (in de vorm van een prijs) hetzij indirect (dat wil zeggen, afgeleid van een prijs).

Niveau 3: input voor het actief dat of de verplichting die niet op waarneembare marktgegevens is gebaseerd (niet-waarneembare input).

Heijmans kent geen tegen reële waarde gewaardeerde financiële activa en financiële verplichtingen.

Leningen en vorderingen

x € 1.000

31 december 2023

31 december 2022

Boek-

Reële

Boek-

Reële

Toelichting

Niveau

waarde

waarde

waarde

waarde

Verstrekte leningen en overige vorderingen

6.14

2

36.565

36.185

9.764

9.393

Handels- en overige vorderingen

6.18

*

229.226

229.226

239.367

239.367

Liquide middelen en equivalenten

6.19

*

40.384

40.384

237.012

237.012

Rekening-courant kredietinstellingen

6.22

*

0

0

0

0

Lineaire lening

6.22

2

-73.786

-73.786

0

0

Gesyndiceerde bankfinanciering

6.22

2

0

0

0

0

Projectfinanciering

6.22

2

-12.154

-11.893

-11.739

-11.104

Overige langlopende schulden

6.22

2

-1.367

-1.308

-2.221

-2.096

Handels- en overige schulden

6.25

*

-346.056

-346.056

-365.172

-365.172

Saldo leningen en vorderingen

-127.188

-127.248

107.011

107.400

  • *Boekwaarde is een redelijke benadering van de reële waarde

Bovenstaande waardes zijn gebaseerd op de contante waarde van de toekomstige kasstromen. De leningen die een vaste rente hebben, worden verdisconteerd tegen de relevante rentecurve per 31 december 2023, verhoogd met de relevante risico opslag.

Alle leningen die een variabele rente hebben, worden verondersteld een reële waarde te hebben die gelijk is aan de boekwaarde. Kredietrisico heeft geen noemenswaardige impact op de waardering van deze leningen.

Kapitaalbeheer

Het beleid is gericht op het streven naar een solide vermogenspositie in combinatie met voldoende kredietruimte om zo de continuïteit voor stakeholders te borgen. Een solide vermogensstructuur op lange termijn is gebaseerd op het met voldoende headroom opereren binnen zowel de financiële convenanten als de ruimte op de syndicaatslening. De financiële convenanten bestaan uit de Leverage ratio, zijnde een netto rentedragende schuld, na aftrek van non-recourse financiering, gedeeld door EBITDA van maximaal 3, een interest cover ratio van minimaal 5 en een solvabiliteitsratio van minimaal 21% (zie ook toelichting 6.22 voor de beschrijving van de financiële ratio's in de met banken overeengekomen convenanten).

Deel dit verhaal